Het is vanavond bij toverslag paradijs geworden. Dat gebeurt niet vaak dus ik raffel even snel dit stukje af en dan ga ik het weer in alle paradijselijkheid ondergaan.
Gisteren was er weer een evenementje in het park, ik heb geen idee wat het was en ik kon het ook nergens vinden. Dat maakte het des te erger, evenementen die worden aangekondigd tellen mee met de officiële lawaaidagen en die zijn aan een maximum gebonden, maar dit lawaai werd nergens genoemd, het zal dus wel bonuslawaai zijn. Er klonk muziek van een bedenkelijke soort, afgewisseld met een speaker die nog enkele trapjes bedenkelijker was. Het duurde de hele dag, toen het om elf uur ’s avonds al stopte vielen we elkaar van opluchting in de armen.
Vandaag is het stil in het park. En in de wijk. De buren links en rechts zijn op vakantie. De achterburen ook allemaal voor zover ik merk, en alle voetbaljongetjes met toeters. Eergisteren werd er nog gierend en knetterend in tuinen gewerkt, gisteren werd er nog volop door kinderen gegild, vandaag is er niemand. Alleen de buren uiterst links zijn thuis, die hebben nog een klein kind dat niet naar school gaat dus die zijn net als wij in juni op vakantie gegaan. Vanmiddag leken ze een feestje te hebben, maar nu is ineens iedereen weg, of binnen.
De wind staat van de snelweg af, het eeuwige autogeraas is even gestopt. Ik hoor de boombladeren ruisen. Af en toe komt er een auto voorbij op de Peizerweg maar het zijn er niet veel. Er koert ergens boven mij een houtduif en de merel begint rustig zijn avondpraatje, in de sloot piepen een paar halfwas eenden.
Van mij mag het zo blijven, dit is geluk.
Ik vraag me tegenwoordig wel eens af of ik eigenlijk wel echt een stadsmens ben. Als P over ruim negen jaar met pensioen mag, wie weet wat we dan gaan doen. Een diep Duits woud met een beekje of zo. Lijkt me wel wat.
Wat sta jij daar stil tussen de klimop te genieten van de rust. 😉
Volgens mij is het mens eigen om datgene na te streven wat niet voor handen ligt. Als je teveel rust hebt wil je wellicht weer wat reuring.
Geniet nu maar eerst van je paradijsje.
Stilte is steeds minder te vinden.
Zoals ik mij ook verbaas dat er altijd wel ergens een lamp brandt of zelfs een felle gloed hangt.
Vriendelijke groet,
Ja daar heb je gelijk in, duisternis is ook zoiets.
Ben ik toch even blij dat ik op het platteland woon. Geniet van de stilte!
Wellicht is Limburg een optie….
Limburg (zuid) is anders best druk hoor, het is een randstad met wat beboste hellinkjes.
Wallonie! Hier veel echte stilte, vogelgefluit en sterrenhemels. Een enkele stille genieter kan er nog wel bij.
Ja ik weet het. En niet duur ook. En fijne heuveltjes. Ook zonder hoeven kan je er heelijk draven. Maar mijn Frans is beduidend slechter dan mijn Duits, dat komt nooit meer echt goed.
Heb dat ook wel een beetje, de stad wel gezien hebben, een vage hang naar platteland. Maar in duistere wouden zingen volgens mij geen merels – voorlopig voldoe ik maar even aan mijn natuurhang door Onlander tripjes.
Ik had het niet over duistere wouden hoor, maar over Duitse wouden, diep, groot. Daar barst het van de merels en andere zangvogels. En de onlanden, dat is inderdaad heel erg platteland, ik blijf toch eeuwig verlangen naar heuvels.
Ik geniet in stilte een beetje mee.
Ja, wat kan je dan genieten. En… je kunt ook nog naar je volkstuin? Of is het daar ook lawaai?
In de volkstuin moet ik nog heel veel doen, het onkruid staat zelfs op de stoep kniehoog. Als ik erheen ga is het om te werken maar ik heb nu net de tuin hier een beetje op orde, daar eerst maar eens van genieten.
Hier kan het echt nog heel stil zijn, ook overdagin de polder, ik ga er soms speciaal even stil voor staan. Die heuvels zoek je dan maar in de vakantie op 😉
Ik denk zomers ook wel eens; bleef iedereen maar weg die nu met vakantie is. Veel te druk, te lawaaiig en te vol. Waar ik mijn kinderen naar binnen stuurde als ze vonden dat ze moesten gillen, doen de ouders dat niet meer. Iedereen maakt lawaai. Telefoneren doen we tegenwoordig ook overal. Na-ja ’t is niet anders! Geniet maar even van je paradijsje!
De Duitse wouden zijn o.k. en zelfs in de dorpen kun je een speld horen vallen, maar de rustige, groene straat waar ik woon is ook niet zo ideaal als hij eruit ziet. Het is een doodlopende straat; de AKW, je kent hem wel want je ging er wel joggen, schreef je. Er is dus vrijwel geen verkeer, maar in de tuinen om mij heen kwam er bijv. vandaag al gauw weer vijf uur herrie bij mekaar die tot sluiting van ramen dwong: grasmaaiers, heggen bijknippen met knetterende kettingzagen of zoiets. Als de ene buurman klaar was begon de volgende. In de herfst gaat het bladerstofzuigen weer beginnen. De geluiden van pratende mensen en spelende kinderen vind ik helemaal niet ergerlijk, te meer omdat iedereen zich hier keurig gedraagt: zelfs geen luide televisies tijdens de WK. Maar die apparaten ….! dat is blijkbaar sociaal aanvaarde overlast. Die dingen zijn immers allemaal Made in Germany. Als je rust zoekt kun je misschien het beste in een oude binnenstad gaan wonen.
Overigens heb ik eens in een vakantie gelogeerd in een watermolen in Wallonië. Daar was voortdurend geruis van vallend, klaterend water, maar dat was juist heel rustgevend.
Op meer plaatsen wordt er gewerkt aan een rustige omgeving:
http://www.amsterdamcentraal.nl/archief/2014/01/12/de-permanente-strijd-tegen-de-bladblazer
Stille groet,
O ja! Ik sliep een maand geleden nog naast een beekje, nou ja, de séveraisse is een eerder een rivier maar hij kabbelt behoorlijk beekachtig over grote stenen, een lekker geluid om bij te slapen en het fijne van zo’n rivier is ook dat andere geluiden (van bijvoorbeeld campinggasten die midden in de nacht hun tent komen opzetten) ertegen wegvallen.
Spelende kinderen vind ik leuk, maar chronisch gillende kinderen is wat anders, die worden tegenwoordig denk ik bij die lawaai-apparaten geleverd. Of andersom, ze gaan in elk geval samen.
Onze buurman heeft een waterval waarvan het water over een rotspartij loopt naar zijn koikarpervijver en vv en dat kabbelt behoorlijk. Overdag hoor ik het niet, maar s nachts des te meer. Ik vraag mij af of ik het rustgevend zou vinden als het een snelstromend riviertje was. Ik ga dat vannacht eens inbeelden. Nu denk ik: zet dat water eens af!
Natuurlijk kun je ook aan buurman vragen om een tijdschakelaar te gebruiken.
Mijn eerste ochtend langs een bergbeek in Noord-Italie dacht ik met regen wakker te worden.
Het duurde lang totdat tot mij doordrong dat er geen druppels op mijn tentje tikten.
Vriendelijke groet,
Klopt, zo’n nepwaterval geeft een storend geluid. Een rivier is anders, veel rustiger, er zit een grotere ruis achter, net zoiets als wind die door de bladeren ruist. Riviergeluid komt ook niet vanuit één punt, dat heel plaatselijke is ook onrustig.
Heel kleine beekjes kunnen je ook uit de slaap houden, die maken soms rare geluiden. Ik heb vaak gedacht dat er mensen aankwamen, dat je voetstappen hoorde of stemmen.